Sven Kelder, CEO van Robidus, over de leerpunten van de coronacrisis
Medio mei is fase twee van het noodpakket aangekondigd om werkgevers te ondersteunen bij het voortbestaan van hun onderneming in de huidige crisis. De NOW-regeling is een van die maatregelen. Het noodpakket bevat naast compensatie van loonkosten ook regelingen om andere kosten (tijdelijk) te verlichten. De overheid houdt hiermee vele bedrijven overeind en heeft met deze maatregelen dus ook invloed op welke bedrijven zij levensvatbaar achten en welke niet. Een ongekende situatie in een tijd van crisis, waarbij we nog niet kunnen inschatten hoe specifieke sectoren er in de (nabije) toekomst uit gaan zien.
Uitgangspunt is dat in ruil voor de overheidssteun werknemers niet ontslagen mogen worden. We hebben het hier echter over een economisch basis principe. Als de vraag afneemt, zal het aanbod aangepast moeten worden. Het ‘langs de kant laten staan’ van arbeid dat inactief is maar wel geld kost is een economische doodzonde.
De (on)zekerheid van vaste arbeidscontracten
Al enkele jaren vindt er discussie plaats over de werking van de Nederlandse arbeidsmarkt. Vooral de roep om ‘flex’ werknemers meer te beschermen blijft een terugkerend fenomeen, waarbij nieuwe wetgeving als de Wet Werk en Zekerheid (WWZ) en Wet Arbeidsmarkt in Balans (WAB) is geïntroduceerd om deze groepen meer vastigheid te bieden. Het niet hebben van vastigheid voedt namelijk onzekerheid bij mensen en onzekerheid leidt tot afname van geluk en daarmee een toename van uitval door psychische klachten. Het bieden van ‘vastere’ contracten vormt hierin een belangrijk wapen. Immers als werknemers gebonden zijn aan een werkgever hebben ze zekerheid. De huidige crisis bewijst echter het tegendeel. Ondanks het hebben van vaste contracten gaat het werkgevers niet lukken om de rechten die daarbij horen na te komen richting hun werknemers. Anders moeten ze dat met een faillissement bekopen.
Een andere ontwikkeling in onze arbeidsmarkt is een snelle toename van werkdruk, veroorzaakt door enorme krapte aan arbeidskrachten in specifieke sectoren. Protestacties vanuit zowel Zorg als Onderwijs, om betere arbeidsvoorwaarden en lagere werkdruk, hebben lange tijd het nieuws beheerst. De huidige crisis heeft geen krimpend effect op deze sectoren, maar juist andersom. Het tekort is hier onverminderd hoog en zelfs in veel gevallen nog hoger door de toegenomen patiëntenstroom.
Wendbaarheid voor ondernemers én voor werknemers
Het veranderende gedrag van mensen door de crisis zorgt er ook voor dat weer andere sectoren ongekende groei meemaken, zoals internetwinkels, bezorgdiensten, supermarkten, maar ook ambachtslieden en speciaalzaken. We zien dus een enorme verschuiving van werk plaatsvinden. Soms tijdelijk, maar de verwachting is ook in bepaalde sectoren structureel. Deze crisis zet in één keer druk op gedragsverandering en maakt meteen duidelijk dat wendbaarheid en flexibiliteit nodig is om dit soort tijden door te komen zonder het verlies van werkgeluk. Er ontstaat een behoefte aan strategisch personeelsmanagement over de sectoren heen.
Werken aan arbeidsperspectief
Vanuit Robidus bepleiten wij al enkele jaren dat arbeidsperspectief de beste vorm van sociale zekerheid is. De mate van arbeidsperspectief wordt bepaald door enerzijds een goed persoonlijk vooruitzicht (gezond, financieel fit, sociale structuur), maar ook door een goed vooruitzicht op werk (goed opgeleid, kans op werk en leergierigheid). De snelste route om deze crisis te beperken tot een gezondheidscrisis en niet tot een ongekende economische crisis zit in de het vergroten van arbeidsperspectief, gefaciliteerd door de juiste overheidsregelingen.
Het twee maanden thuiszitten heeft ongetwijfeld bij mensen tot bezinning geleid. Er wordt, al dan niet bewust, nagedacht over het eigen arbeidsperspectief. De onzekerheid van het behouden van je baan neemt toe. Wellicht is het nu dan ook de juiste tijd voor een stap naar ander werk. Een baan waar op lange termijn perspectief ligt. Als je op dit moment, door de maatregelen, waarvan de duur en impact nog ongewis is, niets voor je huidige werkgever kan betekenen waarom dan niet bij een andere werkgever in wellicht een andere sector?
Tweede spoor ook voor niet-zieke werknemers
Hoe zou je hierbij dan het gevoel van onzekerheid kunnen beperken en ervoor kunnen zorgen dat op korte termijn werknemers niet meteen rechten hoeven op te geven voor zo’n overstap? Wij geloven erin dat er stimulans nodig is om personeel makkelijker (cross sectoraal) uit te wisselen. Bijvoorbeeld door tijdelijke of meer permanente vorm van detachering. De ‘uitlenende’ werkgever kan overleven doordat hij kosten kan verlagen of compenseren, de ander krijgt er (op termijn) een gemotiveerde kracht voor terug. Als het beide partijen bevalt kan er een definitieve overstap komen.
Gedurende het verzuimproces wordt dit tweede spoor genoemd, de bemiddeling naar ander werk. Bij wet zouden wij moeten regelen dat dit veel makkelijker wordt gemaakt om het ook te realiseren bij niet zieke medewerkers, met een vast contract, en al zeker als de huidige werkgever ze (tijdelijk) geen arbeid kan bieden. In de NOW regeling kan hiervoor zelfs een bonus worden uitgekeerd. We verhogen hierbij de flexibiliteit van de arbeidsmarkt waarbij werknemers wel langer de bescherming voelen van een vast contract. De risico’s van een overstap voor een werknemer naar een sector waar nu een tekort is, worden daarmee drastisch ingeperkt. Hij kan eerst proberen of dit wat voor hem is. Zeker als opleiding wordt gefinancierd, zoals nu voorgesteld in het ‘NL leert door pakket’. In Nederland houden we medewerkers hiermee langer en beter productief wat het werkgeluk ten goede komt. Dit heeft vervolgens een positieve impact op het beperken van verzuim door psychische klachten. Werkgevers kunnen in moeilijke tijden hun personeelskosten eenvoudiger compenseren en daarnaast makkelijker opschalen als de sector weer aantrekt. Zo werken we samen aan sociale zekerheid!