Interview
Duurzame inzetbaarheid
Duurzame inzetbaarheid als strategische pijler
Duitse media bij Robidus: lessen uit de Nederlandse verzuimaanpak
Recent is de Duitse TV-zender ZDF langs geweest bij Robidus naar aanleiding van een eerder artikel dat is verschenen in de grote Duitse krant Die Welt. Hierin werd Guido Louw, directeur Financial Services van Robidus, geïnterviewd over de Nederlandse aanpak van ziekteverzuim.Â
Â
In de reportage van de ZDF komen aan het woord, weer Guido Louw en Robert Wondaal (CBO van Robidus) en uit de praktijk Chris van Oploo die vertelt hoe hij via Robidus geïntegreerd is.Â
Robert Wondaal (CBO Robidus) in gesprek met de ZDF 20 januari 2025 op het hoofdkantoor van Robidus
Â
Terugkijken van de ZDF-reportage, uitgezonden op woensdag 5 februari 2025 16:00, kan via deze link: https://www.zdf.de/nachrichten-sendungen/heute-in-europa
Â
Hieronder vind je een verkorte versie van het in het Nederlands vertaalde interview dat Guido Louw, directeur Financial Services van Robidus, gaf met de Duitse krant Die Welt.
Het aantal ziekteverzuimdagen in Duitsland is op een recordniveau. In de jaren negentig was de situatie in Nederland vergelijkbaar. Maar inmiddels doet Nederland het beter dan Duitsland. In een kantoortoren nabij Amsterdam wordt duidelijk wat tot dit succes heeft geleid.
Sandra Wolters luistert aandachtig wanneer ze met zieke werknemers spreekt. Wolters zit in een open kantoor op de 13e verdieping van een kantoortoren in Zaandam, een kleine stad vlakbij Amsterdam. Voor de panoramische ramen valt motregen op de smalle straatjes van het stadscentrum.
Voor Wolters flikkert een formulier op het scherm met vragen die ze de zieken tientallen keren per dag stelt: “Hoe lang bent u al ziek?” Hoe vaak bent u dit jaar ziek gemeld? Wat ontbreekt u precies?”
De antwoorden stuurt Wolters indien nodig door naar een arts. Ze doet dit in opdracht van Robidus, een dienstverlener die voor bedrijven zieke medewerkers ondervraagt en adviseert. Wolters’ taak omvat echter meer dan het verzamelen van gegevens. Ze vraagt tijdens de telefoongesprekken steeds door en let op nuances en signaalwoorden.
“Het is cruciaal om te achterhalen of de zieke werknemer na 14 dagen weer aan het werk zal gaan of dat er een langer ziekteverzuim dreigt”, zegt ze. Als ze een langer verzuim vermoed, worden meteen meerdere afdelingen actief.
Het aantal ziekteverzuimdagen in bedrijven in Duitsland bereikte in 2024 nieuwe hoogten. Zo registreerde de Techniker Krankenkassen (TK) onder haar 5,7 miljoen verzekerden in de eerste elf maanden van het afgelopen jaar een record. Volgens hen was elke werknemer van januari tot en met november gemiddeld 17,7 dagen ziek gemeld. In het pre-coronajaar 2019 lagen de verzuimdagen in dezelfde periode nog op 14,1 dagen.
Het hoge ziekteverzuim heeft gevolgen voor de economie. Volgens een schatting van het Instituut voor Wereld Economie in Kiel kostte het in 2023 ongeveer 38 miljard euro, wat neerkomt op bijna één procent van de bruto toegevoegde waarde.
Hoe het beter kan, laten de Nederlanders zien. Nog in de jaren negentig gold het land als EU-koploper in ziekteverzuim. Met hervormingen hebben de buren de trend gekeerd. Inmiddels doet het land het veel beter dan Duitsland. Is het Nederlandse model een voorbeeld voor Duitsland?
In de kantoortoren van Robidus loopt Guido Louw naar een scherm in een vergaderzaal. Hij legt een aan de muur geprojecteerde PowerPoint-presentatie uit. De grafiek op de dia toont een steil dalende curve. “Het bedrag aan uitgekeerd ziektegeld is in de jaren negentig snel gedaald”, zegt Louw en legt de achterliggende hervormingen uit.
“De uitbetaling van het ziektegeld was in Nederland altijd een zaak van de staat. In 1994 werden bedrijven voor het eerst verplicht om de loondoorbetaling voor de eerste zes weken van het ziekteverzuim over te nemen”, aldus Louw. Dit komt ongeveer overeen met het Duitse systeem. In Duitsland draagt de werkgever in geval van ziekte zes weken lang de loondoorbetaling, voordat de ziektekostenverzekering het overneemt.
De volgende daling op Louws grafiek is te zien rond 1996. “Toen werden bedrijven verplicht om een jaar lang het loon van zieke werknemers te betalen”, zegt Louw. De betalingsverplichting van de bedrijven werd later verlengd tot twee jaar.
In bepaalde gevallen moeten bedrijven zelfs nog langer betalen. “Omdat de staat de financiële verantwoordelijkheid voor zieke werknemers aan de bedrijven heeft overgedragen, vond er in de bedrijven een omslag plaats en kwamen onderwerpen als gezondheid en preventie op de voorgrond”, zegt Louw.
Maar dat was nog niet alles. De beslissende hervorming om het percentage te verlagen was volgens Pierre Koning, hoogleraar aan de School of Business and Economics van de Vrije Universiteit Amsterdam, het zogenaamde Gatekeeper-protocol uit 2002. “De naam verduidelijkt het programma: de sociale verzekeringsinstantie (UWV) was met de invoering van het protocol niet langer betrokken bij het re-integratieproces van zieke werknemers, maar liet dit over aan de werkgever. “De instantie zelf fungeert dan alleen nog als poortwachter”, zegt Koning.
Deze staatsgatekeeper (UWV) legt de bedrijven echter uitgebreide verplichtingen op over hoe zieke werknemers weer moeten worden geïntegreerd. Zo moeten door de bedrijven aangestelde artsen na maximaal zes weken een eerste beoordeling van de oorzaken van de ziekte en de exacte functionele beperkingen vaststellen.
“Op basis van deze beoordeling moeten de bedrijven dan een plan voor re-integratie opstellen”, vertelt Koning. “Omdat de bedrijven de kosten voor het verzuim dragen, zijn ze zeer geïnteresseerd in het creëren van efficiënte programma’s voor de terugkeer naar het werk.”
Om dergelijke plannen te ontwerpen en uit te voeren, ontstonden bedrijven zoals Robidus. Hoe dat precies werkt, blijkt in de kantoortoren in Zaandam, waar Nanda Verstraeten de gegevens van een ziekgemelde werknemer bestudeert. Het formulier werd haar doorgestuurd door haar collega Wolters, die in haar gesprek met de betrokkene een langer ziekteverzuim vermoedde. Verstraeten is verantwoordelijk voor dergelijke gevallen. Het meest voorkomende teken van langdurige afwezigheid: de zieke meldt aan de telefoon psychische problemen.
“De zieken vertellen vaak aan de telefoon dat ze lijden aan depressies of angsten. Sommigen melden zelfs zelfmoordgedachten”, zegt Verstraeten. De medewerker kan de betrokkene onmiddellijk doorverwijzen naar een arts. Maar de acute zorg is slechts de eerste schakel in een keten die volgens het Gatekeeper-protocol nu in werking treedt.
Naast de arts neemt ook een “casemanager” de langdurig zieke onder zijn hoede. Hij of zij stelt een concreet plan op waarin wordt aangegeven op welke momenten een herbeoordeling van de gezondheidstoestand moet plaatsvinden. Als de gezondheidstoestand ten minste kleine werkzaamheden toelaat, kan de werknemer ook gedeeltelijk ziek worden gemeld. Zo is het in Nederland mogelijk dat werknemers bijvoorbeeld slechts voor 95 procent ziek worden gemeld en daarmee minimaal contact met de werkgever behouden.
OESO-gezondheidseconoom Prinz ziet hierin precies de hefboom van het Nederlandse systeem. “De hoge maatschappelijke kosten worden niet veroorzaakt door kortdurende ziekteverzuimen of mensen die misschien een paar dagen ziek zijn. De hoge kosten worden veroorzaakt door langdurige ziekteverzuim.
Na zes maanden keren langdurig zieken vaak helemaal niet meer terug naar de werkplek en gaan ze vaak verloren voor de arbeidsmarkt. “Vooral bij psychische aandoeningen is het belangrijk om de getroffenen geleidelijk weer aan het werk te laten gaan. “Dat hebben de Nederlanders voorbeeldig uitgevoerd”, aldus Prinz.
Een ander aandachtspunt is preventie
In de kantoortoren in Zaandam haalt Guido Louw een mobiele telefoon uit zijn zak en presenteert hij een app genaamd Life Check. Het programma richt zich op het andere uiteinde van de uitgebreide maatregelen voor zieke werknemers: preventie.
In de app staan dieetprogramma’s en instructies voor het stoppen met roken. “Via de app kan men ook online met een arts worden verbonden, die kan helpen bij een eerste diagnose. Dit bespaart in veel gevallen lange wachttijden”, legt Louw uit.
Als dieetprogramma’s en medische zorg niet helpen, voorziet het Nederlandse systeem nog in een andere maatregel: de verlaging van het ziektegeld. In Duitsland treedt deze maatregel al na zes weken in werking, omdat het ziektegeld van de wettelijke ziektekostenverzekering meestal slechts 70 procent van het brutoloon en maximaal 90 procent van het nettoloon bedraagt.
In Nederland wordt het salaris pas na een jaar met maximaal 30 procent verlaagd. Als bij latere onderzoeken echter blijkt dat de werknemer ten minste gedeeltelijk kan werken, maar dit niet doet, wordt het ziektegeld verder verlaagd. In Duitsland is dat tot nu toe ondenkbaar.
Guido Louw merkt op dat veel zieke werknemers vlak na de twaalf-maanden-grens, wanneer het geld wordt verlaagd, plotseling weer aan het werk verschijnen. “In Nederland noemen we dat het Lourdes-effect”, zegt Louw, verwijzend naar de wonderbaarlijke genezing van de werknemer.
Â